2025
2023
2021
2019
2017
2015
2013
2011
2009
2007
2005
2003
2001
1999
Het mag dan crisis zijn - het essay bloeit.
Juryrapport 2013, Amsterdam, 21 mei 2013
Geert Buelens, Xandra Schutte en Arjen van Veelen, Margot Dijkgraaf (voorzitter)
Het mag dan crisis zijn - het essay bloeit. De cultuur staat onder druk en het denken in economische termen heeft de overhand. Valorisatie, maatschappelijk nut, economisch gewin - dat zijn de sleutelwoorden van vandaag. De essayist stelt vragen, reflecteert op de actualiteit, gaat op zoek naar de achterkant van het weefsel, de keerzijde van de medaille. De essayist is nieuwsgierig, onderzoekend, wenst zich niet zomaar aan te sluiten bij het gangbare en doet persoonlijk verslag van zijn of haar zoektocht. De lezer denkt mee, laaft zich, vormt zich een idee, komt tot een eigen inzicht. Zo beantwoordt het essay aan het verlangen naar inhoud, verwondering en fascinatie die onze tijd óók kenmerkt. Onze focus op economie, materiële welvaart en het individu leidt tegelijkertijd tot een grotere behoefte aan inspiratie, ernst, verbazing, inzicht, verdieping, schoonheid, debat en zelfontplooiing. Uitgevers herkennen die vraag en aarzelen niet het over het algemeen als moeilijk te boek staande genre van het essay volop te blijven uitgeven.
— Jan Hanlo Essayprijs Groot
Download pdf Juryrapport Jan Hanlo Essayprijs Groot en Klein
Voor de Jan Hanlo Essayprijs groot las de jury dit jaar 114 boeken, waarbij de variëteit van de inzendingen enorm was: beschouwende reisverhalen, stevige filosofie, zoektochten naar identiteit, analyses van de menselijke emotie, ooggetuigeverslagen, bewerkte proefschriften, omgewerkte journalistiek, zelfhulpboeken, gebundelde columns - het zat er allemaal bij.
Een deel van de inzendingen vond de jury van uitzonderlijk hoge kwaliteit. Zij had dan ook een relatief groot aantal stevige vergaderingen nodig, waarbij zij uit de rijke oogst eerst een longlist van 16 titels selecteerde. Daarna volgde een shortlist die zij niet tot de gebruikelijke 3 genomineerden kon beperken, het werden er 5. Tot onze spijt moesten er bijzondere boeken afvallen, zoals de puntige analyse van onze eeuwige haast in Neem de tijd van Koen Haegens; de brug die Joris Note slaat tussen literatuur en politiek in Wonderlijke wapens; het mooi geschreven én uitgegeven Grote landschapsboek van Willem van Toorn; en de eigenzinnige ode aan het zelfstandig denken in Denken op de plaats rust van Henk van der Waal;
Een eigen stem - dat was een van de criteria van de jury. Die persoonlijke stem mocht tegelijkertijd niet ontsporen en het onderwerp overwoekeren. De jury waardeerde de grote greep meer dan de beschouwing op de vierkante centimeter en de poging voor een groot publiek te schrijven meer dan de focus op een klein, al voor de zaak gewonnen, specialistisch lezerspubliek. Was er sprake van een boek met een wetenschappelijk karakter, dan ging de waardering van de jury uit naar het werk waarbij meer op het spel stond dan louter de popularisering van een vakgebied. Ook gaf de jury de voorkeur aan een boek met een eenheid, boven een bundel van naast elkaar staande artikelen gegroepeerd rond hetzelfde thema. Tot slot heeft de jury in het bijzonder gekeken naar essays met een actuele politiek-maatschappelijke lading, waarbij de auteur het risico nam een origineel pad van denken te bewandelen.
Uiteindelijk heeft de jury 5 uitstekende boeken genomineerd - in veel opzichten ongelijksoortig, doch tegelijkertijd elk exceptioneel.
In Hamburgers in het paradijs, een geschiedenis van ons voedsel met allerhande vraagstukken daaromheen, is Louise O. Fresco erin geslaagd haar enorme vakinhoudelijke kennis te verbinden met brede historische en culturele elementen, die voor een groot publiek boeiend en informatief zijn. Bovendien aarzelt ze niet naar eigen relevante ervaringen te verwijzen en haar betoog daarmee persoonlijker te maken. Haar boek verschaft de lezer een weelde aan nuchter, wetenschappelijk inzicht - over een emotioneel beladen onderwerp dat vaak voorpaginanieuws is - zonder op enig moment te vervallen in een sec encyclopedische toon. Fresco gaat voor de grote greep, het omvattende panorama en zet haar kwaliteiten van fictie-auteur, die zij ook is, in om haar lezer mee te voeren door de wereld van voedsel, landbouw en de toekomst van de aarde.
Ook Joep Leerssen heeft in het academische veld zijn lauweren verdiend. Toch is ook hij er in Spiegelpaleis Europa. Europese cultuur als mythe en beeldvorming in geslaagd de academische toon te verlaten en ieder van ons te verleiden zijn Europese culturele paleis te betreden. Erudiet en verhalend verbindt deze specialist van imagovorming subjectief en op sprankelende wijze Europese literatuur, muziek en film, in heden en verleden. Speels en verhalend verkent hij het Europese cultuurhistorische labyrint, licht er bekende én onbekende literaire en culturele thema's uit en brengt zijn kennis op exceptioneel enthousiasmerende wijze over op de lezer.
De innerlijke bibliotheek die Marja Pruis voor haar lezers openstelt in Kus me, straf me biedt ons een intellectueel-avontuurlijke tocht door een persoonlijk labyrint van 'lezen en schrijven, liefde en verraad', zoals de ondertitel luidt. In haar boek bespeelt Pruis virtuoos verschillende literaire registers. Ze is poëtisch, uitermate geestig, nu weer beschouwend, dan aarzelend, reflecteert nu eens via fictie of met journalistieke inslag, maar altijd op een lichte, persoonlijke, direct aansprekende toon. Met verve rekt ze de grenzen van het genre van het essay tot het uiterste op. Ook de lezer voor wie haar onderwerpen strikt onbekend terrein zijn, verleidt ze dankzij haar verademend toegankelijke stijl. Ze schrijft intiem zonder opdringerig te worden, buigt zich over hedendaagse clichés, portretteert genuanceerd, op haar eigen tastende wijze grote vrouwelijke auteurs, waarbij ze een intuïtieve intelligentie etaleert die op haar lezer uitermate aanstekelijk werkt.
Van alle genomineerde boeken is dat van Willem Schinkel ongetwijfeld het onstuimigst. In zijn boek De nieuwe democratie verwoordt hij bevlogen zijn fundamentele kritiek op het huidige democratische bestel. Hij ontmantelt clichés van links en rechts, pleit voor een nieuwe politisering en tracht het debat over democratische vernieuwing een nieuwe impuls te geven. Zijn felle toon, innovatieve taalgebruik en wetenschappelijke kennis onderscheiden het boek van andere publicaties over politiek en democratie. Van de jury krijgt Schinkel absolute lof voor de manier waarop hij risicovol en kritisch de wereld tegemoet treedt.
Peter Venmans tot slot bewijst in zijn boek Het derde deel van de ziel. Over thymos, dat men uitgaand van een weinig bekend en in wezen onvertaalbaar begrip als thymos toch een uitstekende en verrassende analyse kan geven van elementen die onbewust de huidige samenleving kenmerken. Hoe actueel de oudheid is, bewijst Venmans daarmee op overtuigende wijze. Met enthousiaste eruditie neemt hij zijn lezer aan de hand van grote filosofen en fictieschrijvers mee in zijn verkenning van het menselijk handelen door de eeuwen heen, van meritocratie, heldendom en een lastig te duiden begrip als 'de ziel'.
Zie hier de vijf nominaties voor de Jan Hanlo Essayprijs 2013. Vijf boeken die informeren, inspireren, wijzer maken, reflecteren en in dialoog gaan. Vijf gedreven auteurs met passie voor hun onderwerp, die op wat voor wijze dan ook een brug slaan naar het hier en nu. Vijf maal een eigen invalshoek, vijf maal een persoonlijke visie. Vijf maal boeken die je na een keer lezen niet 'uit' hebt.
Toch heeft de jury een keuze moeten maken voor één winnaar die naar huis gaat met het grootste eerbetoon, de trofee en het geldbedrag van €7000. De Jan Hanlo Essayprijs 2013 gaat naar een essay waarin de auteur getuigt van een enorme liefde voor en inzicht in de literatuur en niet schroomt zichzelf daarbij risicovol in te zetten, naar een essay dat humor en nuance en combineert met zelfonderzoek en literaire passie. De winnaar van Jan Hanlo Essayprijs 2013 is Marja Pruis en haar boek Kus me, straf me.
— Jan Hanlo Essayprijs Klein
Download pdf Juryrapport Jan Hanlo Essayprijs Groot en Klein
Zoals gebruikelijk kreeg de jury de inzendingen voor de Jan Hanlo Essayprijs Klein zonder dat daarbij de naam van de auteur was vermeld. Het ging dit jaar om maar liefst 42 inzendingen. Zij mochten maximaal 2500 woorden tellen en moesten geschreven zijn naar aanleiding van een thema dat ook dit jaar was ontleend aan het werk van Jan Hanlo: 'Mijn benul. Benul is het eerste besef van expressie. Het is eerlijk.' (Uit: Mijn benul).
Een aanzienlijk deel van de inzendingen bleek geen enkel verband te hebben met het thema en viel daarmee af. Voor degenen die zich hadden ingespannen om te reflecteren op de gekozen zinsnede, bleek de taak vaak knap lastig. De jury kwam tot een shortlist van drie; twee daarvan interpreteerden het begrip 'benul' als een eerste besef van menselijke sterfelijkheid. De derde, Ruth Lasters, onderzoekt in Alice's valsnelheid, op heel persoonlijke wijze in hoeverre wij nog in staat zijn tot oorspronkelijke gedachten, tot 'benul door zelfexpressie', in een wereld die door de media wordt geregeerd. Daan Stoffelsen analyseert in zijn essay Waarschuwingen, ravijnen en ziekenhuisgebouwen hoe schrijvers van literair werk omgaan met 'het dodelijke ongeluk' in de literatuur. Hoe wordt die levensecht, waar zit de identificatie, welke 'listen', welke technieken staat de schrijver ter beschikking? Ook het essay van schrijversduo Jan Truijens Martinez en Anouk van Kampen, Alles wat al gezegd is, opent met een ongeluk en is tevens het vertrekpunt van een reflectie over sterfelijkheid. Hoe geeft dit 'benul' vorm aan ons leven, welke keuzes maakt een mens? Maar ook: wat vermag de creativiteit?
De jury kent de Jan Hanlo Essayprijs Klein toe aan het essay dat een eigen stijl en toon combineert met een originele benadering van een literair thema. Een tekst die de overkoepelende kracht van de essayistiek laat zien en verbanden weet te leggen tussen zeer uiteenlopende literaire werken. De Jan Hanlo Essayprijs Klein, bestaande uit €1500 en de bijbehorende onderscheiding gaat naar Daan Stoffelsen voor zijn essay Waarschuwingen, ravijnen en ziekenhuisgebouwen.
— Jan Hanlo Filmessayprijs
Download pdf Juryrapport Jan Hanlo Filmessayprijs
Amsterdam, 21 mei 2013
Coco Schrijber, Peter Delpeut en Dirk van der Straaten, BarBara Hanlo (voorzitter)
Net als 12 jaar geleden, toen de eerste Jan Hanlo Essayprijs werd uitgereikt voor een ongepubliceerd essay, geheel gefinancierd met de royalty's die door de erven Jan Hanlo waren afgestaan aan Stichting JHEP, neemt de stichting nu weer het heft in eigen handen met de eerste uitreiking van de JH Filmessayprijs, in de hoop dat er ook nu weer een sponsor opstaat die de filmessayprijs wil ondersteunen. De JHEP prijs heeft inmiddels zijn sporen verdiend in de literaire wereld, onder andere dankzij de genereuze bijdrage van de sponsor LIRA waardoor er twee prijzen zijn: JHEP Klein voor het ongepubliceerde essay en Jan Hanlo Essayprijs Groot voor essaybundels. En met trots kunnen we terugkijken op reeds zeven succesvolle prijsuitreikingen met gerenommeerde schrijvers en beginners die zich inmiddels tot grote essayisten hebben ontwikkeld. Ik spreek daarom de Het voornemen is om van de Jan Hanlo media-essayprijs voor de komende jaren, een filmessayprijs te maken met de hoop dat het filmessay een zelfde toekomst tegemoet zal gaan.
Dit jaar is de Jan Hanlo Media Essayprijs gewijd aan het filmessay, met als doel dit in Nederland onderbelichte genre een nieuwe stimulans te geven.
Het filmessay mocht een lengte variërend van 1 tot 15 minuten hebben. Net als bij het geschreven essay moest het geïnspireerd zijn op het thema ‘Mijn benul. Benul is het eerste besef van expressie. Het is eerlijk.' En net als bij het geschreven essay moest het filmessay een oorspronkelijk essay zijn.
Een prijsvraag zonder financiële ondersteuning is niet gebruikelijk in de filmwereld, maar de tijden zijn veranderd. Het medium film hoeft tegenwoordig nauwelijks nog kostbaarder te zijn dan pen en papier. Veel filmmakers zijn in het bezit van hun eigen digitale productiemiddelen. Het moet een uitdaging zijn om daarmee – net als een schrijver – in beeld en geluid persoonlijke gedachten te formuleren, zo stelde het bestuur van de Jan Hanlo Essayprijs.
Waarom een filmessayprijs?
Film is een van de meest gebruikte media in deze tijd en inmiddels toegankelijk voor iedereen, en dat geldt niet alleen voor het maken maar ook het bekijken ervan. Het filmessay bij uitstek kan naast het geschreven woord veel mogelijkheden bieden om uiting te geven aan een persoonlijk relaas. Het bij elkaar brengen van het literaire essay en het filmessay op de avond van de prijsuitreiking kan elkaar positief beïnvloeden en wellicht nieuwe ontwikkelingen voor de essayistiek ten gevolge hebben.
Inmiddels heeft de stichting JHEP samen met Cinema De Balie het plan opgevat om in het najaar een speciale middag en avond te organiseren in het kader van het filmessay.
Wat is een filmessay?
Het filmessay voert de kijker mee in een wereld die met nieuwe ogen wordt bekeken. Het brengt de kijker op gedachten waarvan hij niet wist dat hij ze had. Filmessays zijn films die de toeschouwer prikkelen tot nadenken.
Op de website en facebookpagina van de Stichting Jan Hanlo Essayprijs is een van de betere omschrijvingen geplaatst, afkomstig van de avant-garde filmmaker Hans Richter. In zijn pionierstekst uit 1940 stelt Richter een nieuw genre film voor die de filmmaker de mogelijkheid biedt de ‘onzichtbare’ wereld van gedachten en ideeën zichtbaar te maken op het witte doek. Anders dan de documentairefilm, die feiten en informatie biedt, geeft het filmessay een complexe persoonlijke gedachtegang weer die niet noodzakelijk aan de realiteit gebonden is, maar ook tegenstrijdig, irrationeel en zelfs fantastisch kan zijn.
Er kwamen twintig inzendingen binnen. Een aantal van de inzendingen was volgens de jury geen essay. Ze waren te documentair, of neigden meer naar een filmgedicht. Sommige essays hadden geen connectie met het thema. Elf inzendingen waren oorspronkelijk werk, speciaal gemaakt voor de prijsvraag.
De inzendingen zijn allemaal van professionals, dat wil zeggen van filmmakers en beeldend kunstenaars. De jury vond het opvallend dat er zich geen amateurs hebben gemeld. De prijsvraag stond immers open voor iedereen. En de bekendmaking van de prijsvraag richtte zich niet exclusief op de professionele kanalen.
De juryleden waren cineast en schrijver Coco Schrijber, cineast en schrijver Peter Delpeut en programmeur van Cinema De Balie Dirk van der Straaten. BarBara Hanlo trad op als juryvoorzitter. De juryleden ondersteunden het initiatief met hart en ziel en hebben alle inzendingen aandachtig bekeken om tot een goed oordeel te komen.
De jury nomineerde uiteindelijk drie inzendingen. Alle drie voldoen aan de criteria van het filmessay en laten het thema op subtiele wijze meespelen.
De drie genomineerde filmessays zijn:
Composition in Color (4.00 min.) van Pépé Smit / Harm van den Berg, A Room of One’s Own (12:02 min.) van Hee-Seung Choi en To-Do-Lijst (4.00 min.) van Stephane Kaas
Composition in Color van kunstenaarsduo Pépé Smit en Harm van den Berg toont in vertraagde opnames twee jonge meisjes die zich voor de spiegel opmaken.
De beelden zijn met een korte scherptediepte door de spiegel heen gefilmd, waardoor de toeschouwer heel dicht bij de meisjes komt en direct betrokken raakt. Tegelijkertijd geven de beelden ruimte tot nadenken, omdat er geen woord wordt gezegd. De gedachtegang wordt louter gestuurd door beeld en muziek. Daarin schuilt de kracht van dit korte filmessay.
In alle eenvoud zegt het iets over het benul, het besef van de eigen aanwezigheid in twee verschillende levensfasen en het belang van de spiegel daarin. 'Spiegel im Spiegel' van Arvo Pärt is de titel van het muziekstuk onder de beelden. Het levert een gewaagde doch effectieve bijdrage.
A Room of One's Own heet het twaalf minuten durende filmessay van de Koreaans-Amerikaanse kunstenares Hee-Seung Choi, die sinds 2004 woont en werkt in Amsterdam.
Het filmessay vertelt in eenvoudige zwart-wit beelden met onderschriften een verhaal over het besef van hoop. De protagoniste bevindt zich in een witte kamer met een raam op de buitenwereld. Af en toe wordt die buitenwereld bekeken en benoemd. Maar steeds weer keert de film terug naar de binnenwereld met alle gedachten die daarbij horen.
Dit filmessay doet een poging de hersenspinsels van de protagoniste in metaforische beelden op te roepen. Die gedachten geven zich niet makkelijk prijs, maar de verbeelding is rijk en de film is mooi en verleidelijk gecomponeerd. Het levert een persoonlijke en prikkelende stroom van associaties op.
To-Do-Lijst van filmmaker Stephane Kaas is een vier minuten durende overpeinzing over internet. Als essay zet het een herkenbare, hedendaagse problematiek neer. Wat overkomt je als je gaat surfen op het net. Waarom nog de deur uitgaan als je alles kunt meemaken via je laptop?
Deze overpeinzing over wat er met je gebeurt wanneer je in de ban raakt van al dat moois wordt met een stuwende commentaarstem haarscherp neergezet.
Het filmessay is voor het grootste deel opgebouwd uit beelden van internet. Dat oogt eenvoudig, maar Stephane Kaas weet er een dynamische donderspeech van te maken.
Met de nominatie van deze drie verschillende essays is het duidelijk dat er veel vormen mogelijk zijn om een persoonlijk statement filmisch te verbeelden. Beelden met enkel muziek, beelden met teksten of met gesproken woord dat soms letterlijk vertelt wat je ziet, zwart wit of kleuren beelden, geënsceneerde beelden of bestaande beelden.
Zoals Richter al aangaf kan het genre filmessay grensoverschrijdend zijn maar moet het wel een persoonlijke gedachtegang weergeven die niet noodzakelijk aan de realiteit gebonden is.
Met dit in het achterhoofd heeft de jury gekozen voor het filmessay dat met bestaande beelden op eigenzinnige wijze het thema verbindt aan een hedendaags onderwerp. Het lijkt op een pleidooi om, dankzij je eerste benul van dingen, die soms maar een seconde nodig hebben om je aandacht te vangen, je stuurloos te begeven in een onbekende wereld die dankzij sociale media aan je voeten ligt. De maker gaat er bijna zelf in geloven. Maar zijn bevlogenheid heeft iets verraderlijks, evenals de sociale media zelf, zodat je je steeds moet afvragen: wat is mijn eigen oorspronkelijke benul van de dingen en wat wordt mij opgedrongen?
De JH filmessayprijs 2013, bestaande uit 1500 euro en de trofee, gaat naar Stephane Kaas voor zijn filmessay To-Do-Lijst.
De film zal vanaf 30 mei vertoond worden in Cinema De Balie.
Jan Hanlo Essayprijs Filmessay
Net als 12 jaar geleden, toen de eerste Jan Hanlo Essayprijs werd uitgereikt voor een ongepubliceerd essay, geheel gefinancierd met de royalty's die door de erven Jan Hanlo waren afgestaan aan Stichting Jan Hanlo Essayprijs, neemt de stichting nu weer het heft in eigen handen met de eerste uitreiking van de JH Filmessayprijs, in de hoop dat er ook nu weer een sponsor opstaat die de filmessayprijs wil ondersteunen. De Jan Hanlo Essayprijs heeft inmiddels zijn sporen verdiend in de literaire wereld, onder andere dankzij de genereuze bijdrage van de sponsor LIRA waardoor er twee prijzen zijn: Jan Hanlo Essayprijs Klein voor het ongepubliceerde essay en Jan Hanlo Essayprijs Groot voor essaybundels. En met trots kunnen we terugkijken op reeds zeven succesvolle prijsuitreikingen met gerenommeerde schrijvers en beginners die zich inmiddels tot grote essayisten hebben ontwikkeld. Ik spreek daarom de Het voornemen is om van de Jan Hanlo media-essayprijs voor de komende jaren, een filmessayprijs te maken met de hoop dat het filmessay een zelfde toekomst tegemoet zal gaan.
JURYRAPPORT FILMESSAY
Dit jaar is de Jan Hanlo Media Essayprijs gewijd aan het filmessay, met als doel dit in Nederland onderbelichte genre een nieuwe stimulans te geven.
Het filmessay mocht een lengte variërend van 1 tot 15 minuten hebben. Net als bij het geschreven essay moest het geïnspireerd zijn op het thema ‘Mijn benul. Benul is het eerste besef van expressie. Het is eerlijk.' En net als bij het geschreven essay moest het filmessay een oorspronkelijk essay zijn.
Een prijsvraag zonder financiële ondersteuning is niet gebruikelijk in de filmwereld, maar de tijden zijn veranderd. Het medium film hoeft tegenwoordig nauwelijks nog kostbaarder te zijn dan pen en papier. Veel filmmakers zijn in het bezit van hun eigen digitale productiemiddelen. Het moet een uitdaging zijn om daarmee – net als een schrijver – in beeld en geluid persoonlijke gedachten te formuleren, zo stelde het bestuur van de Jan Hanlo Essayprijs.
Waarom een filmessayprijs?
Film is een van de meest gebruikte media in deze tijd en inmiddels toegankelijk voor iedereen, en dat geldt niet alleen voor het maken maar ook het bekijken ervan. Het filmessay bij uitstek kan naast het geschreven woord veel mogelijkheden bieden om uiting te geven aan een persoonlijk relaas. Het bij elkaar brengen van het literaire essay en het filmessay op de avond van de prijsuitreiking kan elkaar positief beïnvloeden en wellicht nieuwe ontwikkelingen voor de essayistiek ten gevolge hebben.
Inmiddels heeft de stichting Jan Hanlo Essayprijs samen met Cinema De Balie het plan opgevat om in het najaar een speciale middag en avond te organiseren in het kader van het filmessay.
Wat is een filmessay?
Het filmessay voert de kijker mee in een wereld die met nieuwe ogen wordt bekeken. Het brengt de kijker op gedachten waarvan hij niet wist dat hij ze had. Filmessays zijn films die de toeschouwer prikkelen tot nadenken.
Op de website en facebookpagina van de Stichting Jan Hanlo Essayprijs is een van de betere omschrijvingen geplaatst, afkomstig van de avant-garde filmmaker Hans Richter. In zijn pionierstekst uit 1940 stelt Richter een nieuw genre film voor die de filmmaker de mogelijkheid biedt de ‘onzichtbare’ wereld van gedachten en ideeën zichtbaar te maken op het witte doek. Anders dan de documentairefilm, die feiten en informatie biedt, geeft het filmessay een complexe persoonlijke gedachtegang weer die niet noodzakelijk aan de realiteit gebonden is, maar ook tegenstrijdig, irrationeel en zelfs fantastisch kan zijn.
Er kwamen twintig inzendingen binnen. Een aantal van de inzendingen was volgens de jury geen essay. Ze waren te documentair, of neigden meer naar een filmgedicht. Sommige essays hadden geen connectie met het thema. Elf inzendingen waren oorspronkelijk werk, speciaal gemaakt voor de prijsvraag.
De inzendingen zijn allemaal van professionals, dat wil zeggen van filmmakers en beeldend kunstenaars. De jury vond het opvallend dat er zich geen amateurs hebben gemeld. De prijsvraag stond immers open voor iedereen. En de bekendmaking van de prijsvraag richtte zich niet exclusief op de professionele kanalen.
De juryleden waren cineast en schrijver Coco Schrijber, cineast en schrijver Peter Delpeut en programmeur van Cinema De Balie Dirk van der Straaten. BarBara Hanlo trad op als juryvoorzitter. De juryleden ondersteunden het initiatief met hart en ziel en hebben alle inzendingen aandachtig bekeken om tot een goed oordeel te komen.
De jury nomineerde uiteindelijk drie inzendingen. Alle drie voldoen aan de criteria van het filmessay en laten het thema op subtiele wijze meespelen.
De drie genomineerde filmessays zijn:
Composition in Color (4.00 min.) van Pépé Smit / Harm van den Berg, A Room of One’s Own (12:02 min.) van Hee-Seung Choi en To-Do-Lijst (4.00 min.) van Stephane Kaas
Composition in Color van kunstenaarsduo Pépé Smit en Harm van den Berg toont in vertraagde opnames twee jonge meisjes die zich voor de spiegel opmaken.
De beelden zijn met een korte scherptediepte door de spiegel heen gefilmd, waardoor de toeschouwer heel dicht bij de meisjes komt en direct betrokken raakt. Tegelijkertijd geven de beelden ruimte tot nadenken, omdat er geen woord wordt gezegd. De gedachtegang wordt louter gestuurd door beeld en muziek. Daarin schuilt de kracht van dit korte filmessay.
In alle eenvoud zegt het iets over het benul, het besef van de eigen aanwezigheid in twee verschillende levensfasen en het belang van de spiegel daarin. 'Spiegel im Spiegel' van Arvo Pärt is de titel van het muziekstuk onder de beelden. Het levert een gewaagde doch effectieve bijdrage.
A Room of One's Own heet het twaalf minuten durende filmessay van de Koreaans-Amerikaanse kunstenares Hee-Seung Choi, die sinds 2004 woont en werkt in Amsterdam.
Het filmessay vertelt in eenvoudige zwart-wit beelden met onderschriften een verhaal over het besef van hoop. De protagoniste bevindt zich in een witte kamer met een raam op de buitenwereld. Af en toe wordt die buitenwereld bekeken en benoemd. Maar steeds weer keert de film terug naar de binnenwereld met alle gedachten die daarbij horen.
Dit filmessay doet een poging de hersenspinsels van de protagoniste in metaforische beelden op te roepen. Die gedachten geven zich niet makkelijk prijs, maar de verbeelding is rijk en de film is mooi en verleidelijk gecomponeerd. Het levert een persoonlijke en prikkelende stroom van associaties op.
To-Do-Lijst van filmmaker Stephane Kaas is een vier minuten durende overpeinzing over internet. Als essay zet het een herkenbare, hedendaagse problematiek neer. Wat overkomt je als je gaat surfen op het net. Waarom nog de deur uitgaan als je alles kunt meemaken via je laptop?
Deze overpeinzing over wat er met je gebeurt wanneer je in de ban raakt van al dat moois wordt met een stuwende commentaarstem haarscherp neergezet.
Het filmessay is voor het grootste deel opgebouwd uit beelden van internet. Dat oogt eenvoudig, maar Stephane Kaas weet er een dynamische donderspeech van te maken.
Met de nominatie van deze drie verschillende essays is het duidelijk dat er veel vormen mogelijk zijn om een persoonlijk statement filmisch te verbeelden. Beelden met enkel muziek, beelden met teksten of met gesproken woord dat soms letterlijk vertelt wat je ziet, zwart wit of kleuren beelden, geënsceneerde beelden of bestaande beelden.
Zoals Richter al aangaf kan het genre filmessay grensoverschrijdend zijn maar moet het wel een persoonlijke gedachtegang weergeven die niet noodzakelijk aan de realiteit gebonden is.
Met dit in het achterhoofd heeft de jury gekozen voor het filmessay dat met bestaande beelden op eigenzinnige wijze het thema verbindt aan een hedendaags onderwerp. Het lijkt op een pleidooi om, dankzij je eerste benul van dingen, die soms maar een seconde nodig hebben om je aandacht te vangen, je stuurloos te begeven in een onbekende wereld die dankzij sociale media aan je voeten ligt. De maker gaat er bijna zelf in geloven. Maar zijn bevlogenheid heeft iets verraderlijks, evenals de sociale media zelf, zodat je je steeds moet afvragen: wat is mijn eigen oorspronkelijke benul van de dingen en wat wordt mij opgedrongen?
De JH filmessayprijs 2013, bestaande uit 1500 euro en de trofee, gaat naar Stephane Kaas voor zijn filmessay To-Do-Lijst.
De film zal vanaf 30 mei vertoond worden in Cinema De Balie.
Amsterdam, 21 mei 2013
De jury Coco Schrijber, Peter Delpeut en Dirk van der Straaten, BarBara Hanlo (voorzitter)